Lieve gemeenteleden,
Alweer ruim vier geleden kreeg ik bij mijn afscheidsdienst in Duitsland, als uitgezonden predikant, een appelboompje. De gemeenteleden hadden er ‘appels’ (kaartjes) in gehangen als groet en met wensen en gebeden dat het boompje vrucht mocht dragen.
Het boompje kreeg een mooie plek voor ons huis
Maar het bleef wat rustig aan het fruit-front.
Wat is dat boompje aan het doen, vroeg ik mij af?
Misschien heeft het al zijn energie nodig om goed te wortelen in de schrale grond van de voortuin? Ook de meeste kerstbomen hebben het in de voortuin niet gered.
Misschien mist het de kruisbestuiving van een ‘medeboompje van het andere geslacht’?
(Ik krijg standaard op dit soort berichten tuintips van gemeenteleden, waar natuurlijk uit blijkt hoe weinig groen mijn vingers zijn..)
Maar, let op!
Nu na vier jaar zijn er de eerste appels!
Het doet me denken aan een aan Luther toegeschreven tekst: “Al zou morgen de wereld vergaan, dan nog zou ik vandaag een appelboompje planten”.
Het is ook het motto van de Lutherse Diaconie van Amsterdam, waar ik drie jaar werkte. Het werd de slogan en de lijn naar de toekomst in hun beleidsvisie en toekomststukken. Om alles te onderzoeken, het goede te bewaren en appelboompjes te blijven planten.
Dat getuigt van lef.
Het getuigt ook van hoop en vertrouwen.
Tegen de klippen op.
Tegen een soms donkere horizon.
Het vergt lef om keuzes te maken (van het jiddische ‘lev’, te weten waar je hart, het leven in zit). Te kiezen voor het vruchtbare: datgene wat goed doet, wat energie geeft, wat opbouwend is.
In die realiteit zijn wij gelovigen, zijn wij volgers van de Weg van Jezus, zoeken we hoe we dat vorm kunnen geven met hart, hoofd en handen.
En ja, dat is soms weerbarstig en tegenstrijdig: We willen onze geloofstraditie koesteren. En tegelijkertijd zoeken we ook naar nieuwe wegen en mogelijkheden. En zoeken we steeds weer naar wat het betekent om te leven uit de Bron.
Om vanuit die kern te leven, te delen en te zaaien.
En bevragen we onszelf en elkaar daarop, spiegelen en toetsen we ons aan die leefregels. En bezien elkaar met mildheid en mededogen als we daarin in gebreken blijven.
Wat zijn de goede vruchten? Hoe kun je je ’talenten’ vermenigvuldigen?
Afgelopen week kwam er een nieuw visienota uit van de PKN over het gebouwenbeheer van kerken en bijgebouwen. (Speelruimte gezocht, te downloaden via internet). Auteur Gerben van Dijk sprak op de generale synode vergadering over het rapport en gebruikte daarbij de volgende gelijkenis van Jezus over talenten:
Aan de ene gemeenschap gaf hij vijf gebouwen, aan een ander twee, en aan nog een ander één, ieder naar wat hij aankon. Toen vertrok hij.
Deze parallel gebruikt hij om niet over gebouwenbeheer, creatief gebruik of samen delen te beginnen als het water aan de lippen staat. Maar om je gebouw/ gebouwen te zien als middel om midden in de samenleving te staan, met kunst, cultuur en muziek en als herberg, om te delen van wat je hebt, om te vermenigvuldigen. Om zo je talent of je gebouw tot bloei van de buurt, wijk of stad te brengen en het niet alleen voor jezelf te bewaren.
Dan begraaf je de potentie, de heiligheid en speelruimte van het gebouw!
Sinds dit jaar zijn wij als kerkgemeenschap eigenaar geworden van het Ontmoetingcentrum. De afgelopen tijd heeft de werkgroep OC en de kerkenraad niet stil gezeten. Er is een inspirerende toekomstvisie opgesteld, waarin we zowel zelf van het pand gebruik kunnen maken als dat we het willen delen met anderen, het tot bloei kunnen laten komen van onze kerk(gemeenschap) en buurt! Daarnaast is het pand inmiddels ook al weer volop in gebruik voor verhuur.
Bent u benieuwd naar de ideeën uit de werkgroep en kerkenraad? Wilt u meedenken, (praktisch) bijdragen of heeft u suggesties? Kom dan naar de gemeente-avond op dinsdagavond 19 oktober, of spreek de leden van de werkgroep aan (Yi Guo, Johan Warringa, Klaas Baas of ds Judith)
Ik sluit af met de tekst en opdracht die wij in onze startdienst gebruikten als inspiratie voor de startdienst en het nieuwe kerkelijke seizoen: Van U is de toekomst. Uw Koninkrijk kome!
‘Onze Vader verborgen
uw naam worde zichtbaar in ons
uw koninkrijk kome op aarde
uw wil geschiede, een wereld
met bomen tot in de hemel,
waar water schoonheid, en brood
gerechtigheid is, en genade –
waar vrede niet hoeft bevochten
waar troost en vergeving is
en mensen spreken als mensen
waar kinderen helder en jong zijn,
dieren niet worden gepijnigd
nooit één mens meer gemarteld,
niet één mens meer geknecht.
Doof de hel in ons hoofd
leg uw woord op ons hart
breek het ijzer met handen
breek de macht van het kwaad.
Van U is de toekomst
kome wat komt.
In de startdienst gingen we in drie groepen uit een om aan de slag te gaan met deze boodschap: Hoe kunnen we die in ons eigen leven, in onze samenleving en wereld handen en voeten geven? Durven we dat wel? Durven we daarin te vertrouwen, op weg te gaan? Zien we niet teveel beren op de weg?
Vandaar dat we op weg gingen, met de volgende tekst:
Wie altijd maar wacht tot de anderen zover zijn.
Of dat de meerderheid er aan toe is,
Komt nooit toe aan het verwerken van zijn plannen en dromen.
Wie altijd maar wacht tot de stemming beter is,
of de omstandigheden gunstiger,
kan wachten tot hij een ons weegt
en zal nooit in actie komen.
Begin maar gewoon op hoop van zegen,
Begin maar gewoon, hier en nu,
je kunt niet alles voorzien.
Begin er maar gewoon aan.
Mogen w zo op weg gaan als gemeenschap,
Moge u zo op weg gaan in uw leven:
Steeds weer opnieuw zaaiend en ‘appelboompjes plantend’
Lieve groet!
ds Judith